Of anders gezegd: (nieuwe) manieren om om te gaan met moeilijke momenten.
Soms lijkt het de makkelijkste oplossing om alles zo lang mogelijk te negeren. Soms lijkt het beter om direct in de aanval te gaan, jezelf te verwonden of weg te kruipen in een hoekje om daar te wachten tot alles voorbij is.
Als omgaan met moeilijke momenten zo makkelijk was, dan was je nu deze tekst niet aan het lezen. Dus laten we beginnen. Tijdens de vorige opdracht “dit doe ik nu”, bracht je alle manieren in kaart waarop jij op dit moment omgaat met spanning en emoties. Veel patiënten waarmee we werken, merken vanuit deze opdracht dat de strategieën die ze op dit moment hebben, niet voldoende zijn om een lastige situatie te kunnen overbruggen. Daarom denken we hier na over eventuele nieuwe strategieën.
Om je te helpen begrijpen wat we gaan doen, willen we dit nog even zeggen:
deze nieuwe strategieën gaan niet helpen om jouw problemen op te lossen. Ze gaan er wél voor zorgen dat je niet zo hard overspoeld geraakt, waardoor er meer mentale ruimte overblijft om met jouw problemen te kunnen omgaan.
Wil je nog eens nalezen op welke theorie we ons baseren? Klik dan hier.
Nieuwe strategieën zoeken is echter een heel erg moeilijke klus. Zeker als je dit alleen moet doen. Daarom willen we je graag helpen door wat structuur te bieden.
Hieronder stellen we een aantal vragen, gebaseerd op categorieën (de categorie staat steeds in het vet gedrukt). Probeer kritisch en met een open blik na te denken over deze vragen en schrijf de antwoorden even op een apart blad.
Probeer ook een verschil te maken tussen wat jij wil (bv. in bed kruipen en gerust gelaten worden) en wat je nodig zou hebben (bv. een vriend die me uit bed sleurt en samen met mij gaat joggen).
Heb je bij alle vragen één of meerdere dingen kunnen opschrijven? Goed bezig!
Anderzijds: heb je ergens niets kunnen invullen: ook niet erg!
Lees nog eens wat je opschreef en probeer dit nu te verdelen over de vakken ‘ik’ (wat kan IK doen) en ‘ander’ (waar kan een ander (en wie?) mij mee helpen?). Daarnaast mag je proberen in te schatten wanneer deze strategie jou kan helpen: werkt het als je in groen, oranje, lichtblauw, rood of donkerblauw zit?
Strategieën kunnen in meerdere kleuren helpend zijn.
Bv. muziek uit de jaren negentig werkt voor mij in groen en oranje, maar niet in rood.
Is het jou ook opgevallen dat de meeste strategieën die je bedacht in oranje, rood, lichtblauw of donkerblauw staan?
Ons alleszins wel! Patiënten geven ons aan dat ze zelden in ‘groen’ zijn én dat de groene momenten meestal van korte duur zijn.
Zorgen voor onszelf (in groen blijven) is niet zo makkelijk als anderen soms beweren. Met onderstaande metafoor proberen we dit uit te leggen.
Denk even aan je jezelf, ouders of vrienden als die met de auto rijden. Veel mensen die een eigen auto hebben, zijn hier zeer voorzichtig mee. Wanneer er een lampje brandt op hun dashboard worden ze ongerust en laten ze dit liefst zo snel mogelijk nakijken bij de garage. Een oranje lampje is misschien nog oké, maar bij een rood willen ze vooral dat het snel gemaakt is! Daarnaast sturen de meeste mensen hun auto op jaarlijks onderhoud: een uitgebreide controle, ook al is er niets mis. Gebeurt er toch een (klein) ongeval dat laten we onze wagen het liefst zo snel mogelijk herstellen.
Stel dat jij de auto bent in deze metafoor. Zie jij wanneer het moeilijk begint te gaan (wanneer er een lampje begint te branden)? En kan je voor jezelf een onderscheid maken tussen een oranje lampje (opgelet: tijdig iets aan doen) en een rood lampje (NU iets aan doen)? Veel (jong)volwassenen geven aan dat ze, om diverse redenen, té lang gewacht hebben om hulp te zoeken.
Maar hoe kunnen we dan langer in groen blijven? Hoe zorgen we op kleine momentjes voor ons eigen ‘onderhoud’? Hieronder kan je een lijst terugvinden van dingen die we dagdagelijks doen. Ga even na welke dingen jij meer/minder/evenveel doet als het wat minder met je gaat.
Meer / minder / evenveel douchen
Meer / minder / evenveel sturen met vrienden
Meer / minder / evenveel fastfood eten
Meer / minder / evenveel social media scrollen
Meer / minder / evenveel dagdromen
Meer / minder / evenveel tanden poetsen
Meer / minder / evenveel haren kammen
Meer / minder / evenveel van kledij wisselen
Meer / minder / evenveel in comfy kleren lopen
Meer / minder / evenveel frisdrank drinken
Meer / minder / evenveel ontbijten
Meer / minder / evenveel contact met je ouders
Meer / minder / evenveel afspreken met je lief
Meer / minder / evenveel afspreken met vrienden
Meer / minder / evenveel mensen wegduwen
Meer / minder / evenveel taakjes thuis doen
Meer / minder / evenveel gamen
Meer / minder / evenveel series kijken
Meer / minder / evenveel op tijd gaan slapen
Meer / minder / evenveel vlot uit bed raken
Meer / minder / evenveel bewegen door de dag
Meer / minder / evenveel alcohol drinken
Meer / minder / evenveel mezelf verwonden
Meer / minder / evenveel buiten komen
Meer / minder / evenveel medicatie innemen
Meer / minder / evenveel geld uitgeven
Meer / minder / evenveel mijn kamer opruimen
Meer / minder / evenveel muziek luisteren
Meer / minder / evenveel filmpjes kijken
Meer / minder / evenveel opletten op school
Meer / minder / evenveel huiswerk maken
Meer / minder / evenveel op familiebezoek gaan
Meer / minder / evenveel ‘sad’ muziek luisteren
Meer / minder / evenveel afspreken met psycho
Meer / minder / evenveel creatief bezig zijn
Meer / minder / evenveel sporten
Meer / minder / evenveel ….
Uiteraard is deze lijst niet compleet. Kan je zelf nog dingen aanvullen waarvan je merkt dat die veranderen als jij je minder goed begint te voelen?
Nu maken we het moeilijker. Je hebt een lijst gemaakt van dingen die veranderen wanneer je je minder goed begint te voelen. Kan je deze lijst kritisch bekijken en deze omvormen tot aandachtspunten om afglijden te vertragen (en misschien soms te voorkomen)?
AAN DE SLAG!
Vul in het vak ‘ik’ bij groen ideeën en concrete kleine ideetjes in die je kan proberen toe te passen om langer in groen te kunnen blijven.
Durf je aan iemand die jou goed kent vragen wat zij zien als jij het moeilijk krijgt?
Of hoe/wanneer zij zien dat jij in groen bent?
Ze kennen je dikwijls al lang en vangen vaak ook onbewust gestuurde signalen op.